Lineaire hypotheek

Bij een lineaire hypotheek bestaat het te betalen bedrag uit rente en aflossing van het geleende bedrag. De rente wordt daarbij steeds berekend over het nog te betalen bedrag. Omdat dit nog te betalen bedrag steeds lager wordt, daalt de rente mee. Dit klinkt heel aantrekkelijk: de maandelijkse woonlasten zouden dan moeten dalen. Maar omdat we in Nederland de hypotheekrenteaftrek kennen, en bij de lineaire hypotheek de rente daalt, kunnen we ook steeds minder van deze rente aftrekken. Voor veel mensen dus helemaal niet zo aantrekkelijk. Daarom is de annuïtaire hypotheek bedacht.

 

 

Annuïtaire hypotheek

Zoals de naam wellicht al doet vermoeden wordt bij deze hypotheekvorm het aflossingsbedrag per termijn zo gekozen dat het totaal te betalen bedrag per termijn hetzelfde is. Het aflossingsdeel is in het begin heel laag en het rentedeel hoog. Zo kan men aan het begin van de aflossing veel voordeel trekken uit de hypotheekrenteaftrek, waardoor de netto maandlasten in het begin laag blijven. Deze hypotheekrente - en dus ook de netto maandlasten - stijgt wel naarmate de hypotheek wordt afgelost. In de berekening van de annuïtaire hypotheek wordt er vanuit gegaan dat men door inflatie en het meer gaan verdienen (carrière maken) de hypotheek kan blijven betalen.

 

 

Overbruggingshypotheek

Deze hypotheek is bedoeld ter overbrugging van de periode tussen het verkopen van de oude woning en het aanvragen van een hypotheek voor de nieuwe woning. Bij de overbruggingshypotheek wordt de overwaarde van de oude woning geleend en afgelost zodra de oude woning verkocht is.

 

 

Krediethypotheek

Bij de krediethypotheek kan gedurende de looptijd van de hypotheek geld worden afgelost, maar ook weer geld worden opgenomen. Bij een krediethypotheek wordt alleen rente gerekend over het opgenomen bedrag. U bepaalt dus zelf wat op een bepaald moment met uw geld gebeurt. Bij een krediethypotheek kunnen de rentetarieven niet worden vastgezet.