Lineaire hypotheek
De lineaire hypotheek heeft lasten die gaandeweg dalen. De lineaire hypotheek is een hypotheekvorm met maandelijkse aflossing. Omdat de schuld redelijk snel wordt weggewerkt vermindert gaandeweg de hypotheekrente die maandelijks betaalt moet worden. De lineaire hypotheek is ideaal voor mensen die verwachten binnen enkele jaren minder te verdienen of minder zullen werken.
Annuïteitenhypotheek
De annuïteitenhypotheek kenmerkt zich door de stijgende lasten. In het begin is het rentedeel hoog waardoor maximaal gebruik kan worden gemaakt van de hypotheekrente aftrek. Omdat dit voordeel minder wordt, stijgen de netto maandelijkse hypotheeklasten. Het is een uitstekende hypotheekvorm voor starters met een HBO of universitair diploma. Zij gaan in de toekomst carrière maken waardoor ze de hypotheeklasten kunnen blijven dragen - terwijl ze aan het begin van de looptijd veel voordeel uit de fiscale aftrek halen.
Spaarhypotheek
De spaarhypotheek bestaat uit twee componenten - een spaarrekening bij de bank en een hypothecaire lening. De rente die op de spaarrekening wordt ontvangen is gelijk aan de rente die voor de lening moet worden betaald. De spaarhypotheek wordt afgelost aan het einde van de looptijd. Dan is er voldoende gespaard om de lening af te lossen.
Beleggingshypotheek
Bij de beleggingsdeel wordt er belegt. Dit moet aan het eind van de looptijd voldoende opleveren om de hypotheek af te lossen. U kunt beleggen in diverse fondsen die door de geldverstrekker nauwlettend in de gaten worden gehouden.
Effectenhypotheek
In tegenstelling tot de beleggingshypotheek neemt u bij de effectenhypotheek zelf het heft in handen. U beslist bij deze hypotheekvorm zelf in welke fondsen u belegt. De effectenhypotheek vereist een grotere mate van verantwoordelijk door u als consument dan de beleggingshypotheek.
Krediethypotheek
De krediethypotheek lijkt op een doorlopend krediet in hypotheekvorm. De consument kan naast geld aflossen ook weer geld opnemen. Er wordt alleen rente betaald over het opgenomen bedrag en de consument beslist zelf wat er met zijn geld gebeurt.